Alpaca's verzorgen
Nagels knippen
Nagels groeien voortdurend en op de harde rotsachtige grond in de bergen van Peru, Chili en Bolivia slijten ze van nature af. Bij ons worden alpaca's over het algemeen op zachte en soms natte grond gehouden, waardoor hun nagels langer en sneller groeien. Bij ons worden alpaca's over het algemeen op zachte en soms natte grond gehouden, waardoor hun nagels langer en sneller groeien.
Eigenlijk praat je bij alpaca's niet zozeer over hoeven, maar meer over tenen. Als je het been van een alpaca van onderaf bekijkt, is het meestal een zacht kussentje met een kleine nagel. Je kunt de nagel zo ver terugknippen dat hij net contact maakt met de grond of dat hij gelijk ligt met de onderkant van de voet. Als de teennagel erg lang is, is het beter om voorzichtig kleine stukjes af te knippen dan om rigoureus te werk te gaan. Er is veel verschil tussen alpaca's waar de bloedvaten aan de oppervlakte komen onder de nagels. Als je voorzichtig knipt, zal een verwonding ook minder ernstig zijn als het toch gebeurt.
Nagels die ernstig misvormd zijn, moeten regelmatig geknipt worden. De bloedvaten groeien mee met de teennagel, waardoor sterk terugknippen niet in één keer kan. Regelmatig bekappen voorkomt dit probleem.
Een hoefschaar is verkrijgbaar in onze webshop.
Alpacatanden slijpen
De tanden van alpaca's blijven groeien. In het wild slijten ze deze af door bijvoorbeeld korstmos van stenen te schrapen, hier bij ons slijten de tanden moeilijker af door het dieet van zacht gras en krachtvoer. Je moet ze zelf slijpen met een dremel. Dit is niet standaard voor elke alpaca. Pas als de tanden uit hun bek komen is het tijd om te slijpen, bij veel alpaca's gebeurt dit nooit.
Het wordt ook sterk aangeraden om de Slagtanden van hengsten te slijpen. Dit kan alleen als de hengst ongeveer 3 jaar oud is. Als de tanden eenmaal geslepen zijn, groeien ze niet of veel langzamer terug. Deze 6 vechttanden zitten aan de zijkant van de voortanden aan de onderkant maar ook aan de bovenkant en zijn echte messen.
Enkel de hengsten krijgen slagtanden.
Scheren en wol
Alpaca's worden één keer per jaar geschoren, bij voorkeur in april of mei zodat de vacht genoeg tijd heeft om te groeien voor de winter.
De dieren worden op hun zij gelegd en de voor- en achterpoten worden bij elkaar gehouden met een speciaal ontworpen scheerharnas.Op deze manier ligt het dier rustig en kan de scheerder gemakkelijk zijn werk doen.Dit is de veiligste methode voor zowel het dier als de scheerder. Dit is de veiligste methode voor zowel het dier als de scheerder.Terwijl de een scheert, houdt de ander de kop en nek van het dier vast.
Idealiter is er nog een helper die de wol verzamelt en de goede delen (schouders, rug) en de woldelen die niet verder gebruikt kunnen worden (poten, borst, buik) ter plekke splitst.
Alpacawol is tien keer warmer dan schapenwol, heeft de kwaliteit, het uiterlijk en de zachtheid van kasjmier en zijde en is hypoallergeen. Deze factoren maken het mogelijk om kleding van alpacawol zeer comfortabel op de blote huid te dragen. De dichtheid van alpacawol varieert tussen 15 en 30 vezels per mm2 (micron). Dit is afhankelijk van aanleg en leeftijd. De dunste vezels veroorzaken de minste irritatie op de huid. De meeste mensen krijgen jeuk als de wol dikker is dan 28 micrometer. Dit is het zogenaamde “jeukpunt”.
Oudere alpaca's hebben een mindere kwaliteit wol dan jonge dieren. De wolopbrengst van onze alpaca's varieert tussen de 1,5 (oudere merries) en 3,5 kilo (hengsten en jonge merries).
Voeding
Het spijsverteringssysteem van de alpaca is ingesteld op grote hoeveelheden vezelrijk plantaardig materiaal. Deze dieren doen dit op een zeer efficiënte manier, wat goed van pas komt op de schrale weiden van de Zuid-Amerikaanse hoogvlaktes. In deze natuurlijke omstandigheden bestaat het dieet van de dieren uit veel verschillende soorten grassen, kruiden en mossen.
Hier in Europa hebben alpaca's vooral kort gras, onbeperkt hooi en veel vers water nodig.Ze eten ongeveer 2% van hun lichaamsgewicht per dag; dat is gemiddeld 1,5 tot 2 kilo hooi.
De alpaca's krijgen ook een speciaal ontwikkelde korrel.Deze korrel bevat de vitaminen, mineralen en eiwitten die voldoen aan de specifieke behoeften van kameelachtigen.Dit komt bovenop het dagelijkse ruwvoer.
Je kunt rekenen op ongeveer 100 gram per dier van 50 kg (per dag).
Drachtige merries krijgen ook dagelijks een portie bietenpulp. Deze pulp vertienvoudigt na weken in water (ongeveer 4 uur). Geef deze pulp daarom nooit direct aan de dieren, want dit zou dodelijke gevolgen hebben!
Alpaca's zijn ook dol op wortels. Je kunt een zak van 25 kg heel goedkoop kopen bij een groothandelaar.
Conditie van de alpaca
Het is belangrijk dat je regelmatig aan de ruggengraat van je alpaca's voelt om de conditie van de alpaca's te controleren. Magere dieren kun je apart voeren, zodat de sterkere en meestal dikkere alpaca's niet alle brokjes opeten. Sommige dieren, zoals mensen, zijn genetisch slanker, dus een mager dier is niet noodzakelijkerwijs een dier dat te weinig brokjes eet.
Hieronder zie je hoe je de conditie kunt bepalen.
Voor een drachtige merrie is 3-4 optimaal, voor de andere dieren is 2,5-3 voldoende.